Naastenliefde
Het is doodstil in de stampvolle bioscoopzaal. Voor ons een zwart scherm waar geluidloos een schier eindeloze rij namen de revue passeert. Ik kijk over al die voornamelijk grijze hoofden heen en probeer me af te sluiten voor het oudemensenparfum naast me dat me bijna de adem beneemt. Typisch filmhuispubliek. We zitten met z'n allen te wachten op het begin. Dan opeens wordt de stilte wreed onderbroken: gemorrel aan de deur, gemompel - een drietal verlate bezoekers komen binnen strompelen. Ze zien hun hand voor ogen niet, en dat laten ze even aan elkaar weten. "Ssssst!" klinkt het onmiddellijk uit de zaal terwijl er op het zwarte doek nog steeds de laatste geluids- en cameramannen voorbij moeten komen. De laatkomers fluisteren een berouwvol "Sorry, we kunnen niets zien" de zaal in, dat onmiddellijk wordt afgestraft door een sneer van een dame twee rijen voor me, die eerder nog zo beschaafd met haar man converseerde: "U bent ook veel te laat!" Voorzichtig tasten de drie zich in het donker verder richting hun stoel, als het vanaf mijn andere kant - de dame met iets te veel parfum - venijnig sist: "Ga dan gewoon voorin zitten!" Ik hoor de drie bijna opgelucht zuchten als ze na nog een paar hachelijke momenten en talloze boze blikken eindelijk op hun stoeltjes neerzijgen. De film staat nu op het punt om te beginnen. "Amour" staat met grote letters op het doek. Een film over de liefde. Liefde die groter is dan de dood. Ik hoop dat de drie laatkomers nog een beetje van de film hebben kunnen genieten.